De provincie Gelderland heeft onlangs het geactualiseerde verkeersmodel gepresenteerd. Geconstateerd werd dat het tot op heden gebruikte verkeersmodel en de daarop gebaseerde verkeersprognoses aanzienlijk afweken van de feitelijke verkeersstromen. De discussie over varianten en alternatieven heeft jarenlang gewerkt met deze verouderde cijfers en op basis van de daarop gebaseerde prognoses zijn door de provincie Gelderland en de gemeente Wageningen besluiten genomen.
Wageningen Goed op Weg constateert dat volgens het nieuwe verkeersmodel:
- de hoeveelheden verkeer nu (2018) lager zijn dan in 2012;
- de hoeveelheden verkeer in 2030 nu lager zijn dan eerder voorspeld;
- er nu bij het CPB scenario 2030 Hoog in Wageningen minder verkeer rijdt dan bij het eerdere lage scenario (RC), dus veel lager dan bij het toentertijd hoge scenario GE;
- doorstroming op de Nijenoordallee door de beperkte groei van het verkeer goed is;
- het belangrijkste resterende probleem de rotonde Droevendaalsesteeg is.
Daarbij hebben wij geconstateerd dat:
- het bijzonder is dat met zoveel minder verkeer de beoordeling van de varianten niet veranderd is, ook niet op aspecten die duidelijk beïnvloed worden door die hoeveelheid verkeer, t.w. Doorstroming en Restcapaciteit;
- reistijdverhoudingen in gebruikelijke analyses juist hoger gekozen worden binnen en op randen van steden en van toepassing zijn op niet te korte trajecten om de verliestijd ook in absolute zin substantieel te laten zijn;
- deze verhoudingen hier op de rand van een stad toegepast zijn en gemeten worden over ultrakorte trajecten waardoor de kruispuntsverliestijden klein zijn (minuten) en toch relatief veel invloed kunnen hebben;
- de verhoudingen dus geen zuivere rol spelen en op deze manier ingevuld niet serieus meegewogen kunnen worden in de uiteindelijke besluitvorming;
- dure elementen in varianten (tunnels en andere ongelijkvloerse oplossingen) waarschijnlijk minder of niet nodig zullen zijn en dus de kostenafweging ook duidelijk anders zal uitpakken;
- een maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) met minder reistijdverlies op de bestaande wegen en dus minder reistijdwinst door nieuwe infrastructuur minder gunstig uit zal pakken voor nieuwbouw;
- diezelfde MKBA door lagere kosten voor verbeteren van bestaande infrastructuur versus gelijke kosten voor nieuwbouw ook verschuift in de richting van verbeteren bestaande wegen;
Wageningen Goed op Weg stelt de provincie dan ook voor:
- de evaluatie van resterende varianten te actualiseren gegeven de duidelijke beperktere groei van het verkeer;
- daarbij uit te gaan van een afwegingskader waarin de reistijdverhoudingen op de in Nederland gebruikelijke manier worden gemeten. op stedelijke (ring)wegen en niet-autosnelwegen (en daar spreken wij hierover) die onderdeel zijn van het hoofdwegennet, is de gemiddelde reistijd in de spits maximaal twee keer zo lang als de reistijd buiten de spits. Voor snelwegen is de gemiddelde reistijd in de spits maximaal anderhalf keer zo lang als de reistijd buiten de spits (standaardsnelheid 100 km/u).
- in deze evaluatie ook ruimte te bieden aan door maatschappelijke geledingen aangedragen alternatieven, die opnieuw een kans verdienen gegeven de duidelijk verschoven prognoses;
- alle alternatieven daarbij de ruimte te geven om geoptimaliseerd te worden, dus iteratief tot een eindoplossing te laten ontwikkelen.
Het volledige rapport is te downloaden via: